Skip to main content

De koning is op 27 april jarig, en dat viert de Nederlandse bevolking elk jaar uitbundig. Vrijmarkten, oranje tompoucen en natuurlijk het bezoek van de koninklijke familie aan een stad waar allerlei festiviteiten ter ere van hen worden georganiseerd. Maar waarin vindt Koningsdag eigenlijk z’n oorsprong?

De voorloper van Koningsdag werd gevierd op 31 augustus 1885. Het heette toen Prinsessedag, omdat op die dag de vijfde verjaardag van prinses Wilhelmina werd gevierd. Het vieren van dat feest was toen nog beperkt tot de stad Utrecht, maar in de jaren die volgden, gingen andere steden het overnemen. In 1891 werd Prinsessedag Koninginnedag. Omdat dit de laatste dag van de schoolvakantie was, werd Koninginnedag vooral een kinderfeest.

In 1948 volgde koningin Juliana haar moeder op. Koninginnedag werd toen verplaatst naar haar eigen verjaardag: 30 april. Koningin Beatrix, die in 1980 de troon besteeg, hield haar moeders verjaardag aan. Zij was immers zelf op 31 januari geboren, en dat is een beetje koud voor festiviteiten. Toen Willem-Alexander in 2013 koning werd, hoefde de feestdag maar een paar dagen op te schuiven. Daarmee veranderde natuurlijk ook de naam in Koningsdag.

Oorsprong van de vrijmarkt

Een traditioneel onderdeel van de festiviteiten op Koningsdag is de vrijmarkt: voor een habbekrats verkopen mensen hun oude spullen. Maar wist je dat deze traditie in het leven is geroepen om relschoppers de wind uit de zeilen te nemen?

Toen prinses Beatrix in 1966 trouwde met prins Claus, viel dat niet bij iedereen in goede aarde. Voor veel mensen stond de Tweede Wereldoorlog nog vers in het geheugen, en Claus was immers een Duitser. Sommige mensen die niet achter dit huwelijk stonden, trapten stennis op de trouwdag, en op de Koninginnedagen in de jaren erna. De gemeente Amsterdam kwam toen met een idee om deze relschoppers iets anders te doen te geven. Ze organiseerde in 1971 een vrijmarkt in het centrum en een popconcert op de Dam. Dat werkte!

De vrijmarkt werd een nieuwe traditie die veel andere gemeenten overnamen. Het concept van de vrijmarkt is overigens niet door de gemeente Amsterdam bedacht. De inwoners van de hoofdstad verkochten hun spulletjes al langer op straat op Koninginnedag. Het gemeentebestuur heeft deze traditie alleen ‘officieel gemaakt’.