Toen de Britse historicus Bill Cooper de volkerentafel in Genesis 10 doornam, viel het hem op dat West-Europese volken niet worden genoemd. Dat maakte hem nieuwsgierig. Is er iets bekend over het verband tussen deze volken en ons, Europeanen? Een middeleeuws document bracht hem tot een verrassende ontdekking over de Germaanse god Wodan…
Het begon allemaal met de vondst van een Latijns document van een zekere Nennius. Die had kennelijk allerlei oudere documenten gekopieerd, want het document bevat een lijst met namen van volken die uit Jafeth voortkwamen. Deze lijst is uitgebreider dan die in de Bijbel staat. Er worden volken in genoemd als de Scythen, Gothen, Iberiërs, Thraciërs en de Italianen.
Maar nog interessanter is dat aan Javan, de zoon van Jafeth, een lange lijst is gekoppeld die uitloopt op een groep andere Europese volken, zoals de Franken, Romeinen, Britten, Bourgondiërs, Vandalen, Saksen, Beieren en de Thüringers. Cooper vond nog een interessant document: de zogenaamde Tysilio Kroniek, die in middeleeuws Welsh is geschreven. Dit document ligt in de Bodleian bibliotheek in Oxford. Er is ook een vertaling van in het Latijn, uitgevoerd door een zekere Geoffrey van Monmouth, in opdracht van bisschop Walter van Oxford (12e eeuw).
Een tekening van Wodan (ook wel Odin), de naamgever van Wodansdag – onze woensdag. Foto: Wikimedia Commons.
Parallellen
Deze twee boeken bevatten een groot aantal gegevens die je kunt checken op hun historische betrouwbaarheid. Er worden talloze gebeurtenissen beschreven – van ver voor Christus tot enige tijd daarna – die ook genoemd worden in de geschriften van Griekse en Romeinse geschiedschrijvers. Coopers conclusie is dat al die parallellen dit document tot betrouwbare geschiedschrijving maken.
Wereld voor je open
Door de ontdekking van de Tysilio Kroniek en het document van Nennius ging voor Cooper de wereld van de Britse geschiedenis open. Hij besloot verder onderzoek te doen naar de geschiedenis van Europese volkeren en te kijken of er een relatie is tussen die geschiedenis en de Bijbel. Dat onderzoek duurde wel 25 jaar en de uitkomst daarvan is beschreven in zijn boek ‘Na de vloed’. Cooper schrijft over de geschiedenis van de Britons, een Keltische stam, die geleid werd door een zekere Brutus of Bryttys. Aan deze stam danken de huidige Britten hun naam.
De stam migreerde vanuit het Middellandse Zeegebied naar Engeland. Rond 1105 voor Christus zetten de Britons voor het eerst voet aan wal bij het Zuid-Engelse Totnes. Dat gebeurde in de tijd van de Bijbelse richter Jeftha. Cooper zet vanaf dat moment een vrijwel ononderbroken genealogie van Britse koningen op papier, vergezeld van soms uitgebreide kronieken. Behalve de uitgebreide genealogie van Brutus en de Britse koningen – die loopt van Noach naar zijn zoon Jafeth en zijn kleinzoon Javan – zijn er nog vijf fragmenten. Daarvan beginnen er drie bij Jafeth (die soms Jupiter wordt genoemd), de andere beginnen ergens halverwege. Ook hier zijn de parallellen weer opmerkelijk.
Keltische prins als evangelist
In 1997 vierde de Anglicaanse kerk dat het christendom in Engeland 1500 jaar geleden door de Angelsaksen werd aanvaard. Op basis van zijn onderzoek beweert Bill Cooper dat dit gegeven niet klopt. Cooper meldt dat op veel plaatsen is gedocumenteerd dat Engeland al in de eerste eeuw het christendom ontving. Kerkvader Eusebius schrijft daar bijvoorbeeld over. Meest waarschijnlijk is dat het christendom Engeland binnenkwam via de Keltische prins Bran, die in het huis van de keizer in Rome geïnterneerd is geweest. Waarschijnlijk heeft hij daar het evangelie gehoord. Toen hij na vrijlating terug mocht naar Engeland, stichtte hij er een gemeente. Zo is in Engeland het christendom begonnen.

Wodan
Niet alleen de Britten hielden een uitgebreide kroniek bij, ook de Angelsaksen deden dat. Hun genealogie begint eveneens bij Noach. Een zekere Sceaf wordt als Noachs zoon genoemd. Dat moet volgens velen Jafeth zijn. Deze genealogie loopt uit op Wodan (Woden, Odin, Othen) en van daaruit, via zes van zijn zonen, naar de zes Angelsaksische koningshuizen: Lindsey, Kent, Mercia, Northumbria, East-Anglia en Wessex. Verschillende van die namen duiken ook op in de geschiedschrijving.
Op school leer je bijvoorbeeld dat Wodan de hoofdgod van de Germanen is. Uit Coopers onderzoek kun je opmaken dat Wodan eigenlijk een beroemde voorvader is. Dat patroon – een voorvader die tot godheid promoveert – komt overigens bij veel heidense volken voor. De Griekse mythologie is er vol van. Ook de vroege Noorse en Deense koningen voeren hun afstamming terug tot op Noach. Dat gebeurt via zijn zoon Seskef (=Sceaf, =Jafeth). Hetzelfde geldt voor het IJslandse koningshuis. Ook hier is Wodan (Uuoden, Woden, Voden, Othin) de spil van de genealogie.
Aan het vuur ontsnapt
Het is een wonder dat Cooper nog documentatie vond waarin over oude tijden wordt verteld. Het scheelde maar een haar of de boeken waren verbrand… De Angelsaksen, bestaande uit verschillende Germaanse stammen, bezetten Engeland in de loop van de vijfde eeuw na Christus. Dat gebeurde op verzoek van enkele Keltische koningen die de Angelsaksische hulp inriepen tegen andere koningen in meer westelijke gebieden. Maar de Angelsaksen, die brute heidenen waren, bleven! Rond het jaar 590 na Christus stuurde de paus een monnik: Augustinus (niet te verwarren met de kerkvader). Hij moest naar Engeland om de Angelsaksen te kerstenen.
Na een mislukte poging was de tweede poging succesvol. De Angelsaksische koningen ’bekeerden’ zich en onderwierpen zich aan de paus in Rome. De vrije Keltische kerk, die al meer dan een half millennium bestond voordat de Angelsaksen Engeland bezetten, weigerde zich aan Rome te onderwerpen. De Keltische kerk wilde graag de vrijheid behouden en Augustinus werd vierkant uitgelachen. Op last van Augustinus nodigden toen twee Angelsaksische koningen de hele Keltische intelligentsia uit, met al hun documentatie, in een kerk in Bangor (Wales). Die kerk werd in brand gestoken en ieder die ontsnapte werd alsnog gedood.
Toch zijn er op wonderbaarlijke wijze nog enkele documenten aan deze ramp ontsnapt. Die dienden onder andere als bronmateriaal voor Coopers boek. Dit werpt ook enig licht op de vraag waarom Hendrik VIII in de zestiende eeuw afstand van Rome nam en de Britse kerk onafhankelijk verklaarde. Hij kwam namelijk uit het Huis Tudor, afstammelingen van de Keltische koningslijn.

Onbekend
Maar waarom is dit alles vaak volledig onbekend onder historici? Volgens Cooper heeft dat te maken met de Verlichting. Theorieën die ervan uitgaan dat mensen in de oudheid dom waren en niet konden lezen of schrijven, kregen toen vaste voet aan de grond. Verlichtingsfilosofen hebben veel moeite gedaan om de gegevens die Cooper noemt ongeloofwaardig te verklaren. Dat heeft zijn uitwerking tot op de dag van vandaag.
Hoofdfoto: marvelousRoland, flickr.com.
Dit artikel verscheen eerder in Weet 22 en is geschreven door Rinus Kiel. De originele pdf is hier te lezen.