Zomertijd… Heerlijk, de klok wordt verzet en het blijft weer langer licht. Toegegeven, je moet er wel een uurtje nachtrust voor inleveren (waar sommige mensen nog wekenlang een jetlag aan overhouden). Dat ging vroeger wel anders…
Tegenwoordig heb je klokken die heel nauwkeurig de tijd aangeven. Maar in het verleden nam men het niet zo nauw met de tijd. Pas sinds de veertiende eeuw zijn alle uren even lang. Voorheen varieerde de lengte van de uren met de seizoenen. Zo is bekend dat de Romeinen op de kortste dag van het jaar uren van 44 minuten hadden. Maar in de zomer waren ze bijna dubbel zo lang: 75 minuten.
De reden daarvoor is eenvoudig: de dagen zijn korter in de winter dan in de zomer, en men verdeelde de dag altijd in twaalf gelijke uren. De nachten verdeelde men ook in twaalf gelijke uren, dus de winternachturen waren dubbel zo lang als de zomernachturen. Niet erg praktisch, toch? Dan is de huidige indeling waarbij alle uren even lang duren toch makkelijker, anders moest je elk seizoen een ander horloge gebruiken…
Dit Weetje komt uit de Weet Scheurkalender 2021. Wil je meer van dit soort weetjes lezen? Neem dan een abonnement op Weet Magazine!
Zomertijd